Denken


Gedachten houd ik in mijn besloten wezen
In ruimte en maten aan mij toebedeeld
In parten en kwadranten van tijd verdeeld
Gedeeld tussen grenzen van hoop en vrezen

Ze zijn niet meer of minder dan een sleur
Van alle jaren wisselende seizoenen
Die zich als de getijden verzoenen
Door de verschillen in klimaat en kleur

Als ’t langzaam herwaarts schuiven van wolken
Zowel langs strakke Pruisisch blauwe lucht
Of somber door ’t grauw firmament kolken

Voor donder of felle bliksemflits beducht
Om weer tot rust en rede te komen
Na een nacht vol slaap en zoete dromen

Heden aanvaarden


Herinner mij schone voorbije dagen
van onbezorgde tijden uit blije jeugd
toen ik nog geen zorg of last hoefde dragen
een leven in vrolijke vrijheid en vreugd.

Herinner mij tijd van gelukkig leven
zingend en lachend iedere nieuwe dag
dankbaar voor liefde mij steeds weer gegeven
bewonderend elke vogel die ik zag.

Toon mij geluk in alledaagse heden
leven zo ik ook nu nog steeds leven mag
vergeten alles wat ik heb geleden
aanvaarden alle dagen met een lach.

Laat mij vergeten die voorbije jaren
niet naar het onherroepelijke staren.