Hoe ver nog
waarheen, waartoe
eens komt het eind
dan ben je de reis moe
het leven was kort
met wisselend ervaren
en naast zware tijd
lichtpuntjes als sterren.
En na duistere nacht
komt de zon ons warmen.
Een stem roept zacht,
“Kom bij Mij in veilige armen”.
Dan is de weg niet meer zo lang
dan weten wij waarheen, waartoe.
Dan komen wij in veilig land
aan gllazen zee met gouden strand.