Waar is het land dat ik heb lief gehad
Het land vol warmte en zonneschijn
Waar alle mensen altijd welkom zijn
Niet door afgunst, haat of nijd beklad.
Ik herinner mij de stille vrede
In stad, ’t kleine dorp of gehucht
In groene weide onder blauwe lucht
En nevelig bos dat de kim bekleedde.
Waar is dat land waar elk welkom was
Met warme groet voor vriend of vreemdeling
Geen onderscheid tussen persoon of ras
Het land waar men ieder met respect ontving
Nog gaan mijn dromen naar dat vredig land
Waar alle mensen samen gaan, hand in hand.