Heb je die mens daar ook zien staan?
Hij zei niets, keek je alleen maar aan.
Alleen zijn ogen spraken genoeg
en toonden alle verdriet dat hij droeg.
Heb jíj die mens daar ook zien staan?
Heb je die mens daar ook zien staan?
Hij stond daar, niemand trok Zijn lot aan.
Zijn ogen vroegen begrip voor zijn verdriet.
Is er niemand die zijn onschuld ziet?
Heb jíj die mens daar ook zien staan?
Heb je die mens daar ook zien staan?
Zien staan daar voor zijn plagen?
Ben jíj niet naar hem toe gegaan?
Durfde je niet naar zijn rechten vragen?
Heb jíj die mens daar ook zien staan?
Heb je zijn stille klacht ook gehoord?
En, heb jij toen ook stil gezwegen?
Gezwegen, het hoofd gebogen zonder woord,
omdat je eigen schulden zo zwaar wegen.
Zég, heb jíj die mens daar óók zien staan?
En……., wat deed jíj daar aan??
Ook ik heb die mens zien staan.
Ook naar mij heeft hij omgekeken.
Ook ik ben niet naar hem toe gegaan,
en ben niet voor zijn zorgen bezweken.
Ja, ook ík heb die mens zien staan!
Ook ik heb die mens zien staan,
maar dacht; “Moet ik dan voor hem zorgen?
Hij kan zijn eigen weg toch gaan?”
Mijn angsten, voor zijn vervolgers verbor¬gen
en….., beschaamd ben ik weggegaan!!!
Já….., ook ík heb die mens daar zien staan,
en……, ook ík heb níéts gedaan!!!