Als ik geen kacheltje had…


Tja, als ik nou ’s geen kacheltje had
of stel, zelfs geen haardhout
oy, wat een kille kou gaf dat
dan had ik het de hele dag koud
ik geloof dat ik dan zou bevriezen
bibberen deed ik in ieder geval
als een musje zou ik zitten kniezen
ergens in een hoekje van een stal.

Gelukkig ben jij er nog altijd
waar ik me behaaglijk tegen kan warmen
zelfs nog in de koudste ijstijd
kom ik op tempratuur in jouw armen
zo bekeken doe ik de kachel maar weg
waarom zou ik me arm stoken
als ik me ’s avonds aan jouw zijde leg
hoeft de schoorsteen ook niet te roken.