Ochtendgloed verdrijft duistere nacht
En kleedt de velden met kleuren
Een deken van het zuiverste smaragd
Overal begint men herfst te bespeuren
De takken zijn behangen met zirkoon
Struiken gehuld in beparelde tooi
Boven de kim stijgt als gouden kroon
Een stralende zon in vol allooi
Over het water hangt nog een witte mist
Een sluier voor de nog jonge dag
Het ritme en metrum voor een componist
Die hier een schone compositie in zag
Tezamen met het wonder der natuur
Van het seizoen van kleuren en geuren
Goudgeel van bomen en een lucht van azuur
Overal charme van schone herfst te bespeuren