Geniet van de natuur en verwonder je over de zaken waar de natuur het zelf van ons overneemt. Ook dat is een heel groot wonder waarover je versteld zult staan
āIk heb haar toch heel ĆØcht gezien,ā hield hij bij hoog en lag vol.
āZe had zilverstralend haar en een figuurtje dat gewoon niet te beschrijven valt. Haar taille was niet veel dikker dan mijn pink. Haar boezem leken twee ontmantelde kokosnoten en haar derriĆØre twee zacht schommelende druiventrossen gedragen door twee ivoren kandelaren. Haar vleugels waren zo teer en doorzichtig dat alleen het ruisen was te horen bij het passeren en de zachte luchtverplaatsing te voelen was.ā
Hij leek er voor zichzelf voor 100% van overtuigd dat hij op zān minst een engel had ontmoet en was er nog totaal door van slag.
Bij voorbaat bewust dat ik hem op geen enkele wijze het onmogelijke van zijn veronderstelling, hoe mooi die ook leek, aan het verstand kon brengen besloot ik toch nog een poging in die richting te doen.
āHoor nou Gert,ā trachtte ik hem aan het verstand te brengen, āengeltjes bestaan heus wel in de hemel, maar op aarde kom je, dat soort engeltjes in ieder geval, niet meer tegen. Al lopen er ook genoeg āEngelachtigeā figuurtjes rond.ā
āJe wilt me niet geloven, maar als je deze had gezien was je voor haar op je knieĆ«n gevallen en had je de grond voor haar voeten gekust!ā beet hij mij verontwaardigd toe.
āKom,ā zei ik om de zaak te sussen en hem wat tot rede te brengen, ālaten we deze zaak verder maar laten rusten en over wat meer alledaagse dingen praten, hier komen we samen toch niet uit want het is de vraag of ze zich noch weer zal laten zien.ā
We gingen samen op het bankje voor mijn huis zitten dar het zeer aangenaam weer was.
Al spoedig ontwikkelde zich nu een geanimeerd gesprek over ākoetjes en kalfjesā en Gert scheen zijn ontmoeting met zijn āengelā al weer behoorlijk te vergeten.
Totdatā¦..!
Plotseling gaf hij mij een por in mijn ribben dat ik haast aan de andere kant van de bank af schoot.
Naar adem happend scheen hij geen woord uit te kunnen brengen en zat alleen maar druk te wijzen.
āJa, wat heb je nou?ā wilde ik weten.
āD..d..daar heb je dārā, bracht hij er uiteindelijk met moeite uit.
Ik keek in de richting waarnaar hij wees en groette mijn nieuwe buurvrouw.
Tsja…, ik begin steeds a-politieker te worden. Dat hele stemmen kwam mij reeds 46 jaar goed de STROT UIT na een periode dat ik terzijde in de politiek betrokken was.
Kijk eens, democratie is de minst slechte regeringsvormen van alle regeringsvormen en in een democratie krijgt een volk niet de regering die het wil, doch die het verdient.
Nou hebben wij van alle slechte coalities de minst slechte gekozen m.i. en nou vraag ik me dus af hoe weinig slechter de volgende zal wezen. Enā¦, door welke oppositiepartijen deze dan wel gevormd zal moeten worden, aangezien zij vele achteraf zeer goede beslissingen van deze coalitie, Ik ben geen fan van hen, in de grond hebben geboord en hoogst waarschijnlijk in een volgende regeerperiode daar hun profijt uit halen of in ieder geval er mee door moeten gaan.
Om op het stemmen terug te komen, het stuit me gruwelijk tegen de borst als ik op een partij stem waarvan ik eventueel (EVENTUEEL!!!) een goed resultaat verwacht en die achteraf, zodra zij in het plusch zitten, de hele zaak maar op zān beloop laten en de ene blunder trachten te effenen met de ander.
Nee regeren is absoluut geen gemakkelijke zaak tenzij je er met je hart in de eerste plaats instapt en in de tweede, niet onbelangrijker, met een helder verstand en een weloverwogen beargumenteerde doelstelling. Mijn indruk is dat vele kamerleden hun eigen ego voorop stellen op de voet gevolgd door hun bankrekening.
Ik ben me er volkomen van bewust dat geen land zonder enige vorm van regering kan. Dat zou dan ook een janboel van hier tot ginder worden.
Laten we, zolang we daarvan bewust zijn, dus maar gelaten het hoofd in de schoot leggen en elkaar bemoedigen door, tegen elke logica in, te zeggen;
āACH KOM, ZĆ SLECHT HEBBEN WIJ HET NOU OOK WEER NIET!ā
En dat blijkt dan ook nog weer de enige waarheid. Dus laten we volgende keer maar weer met frisse tegenzin naar de STEMBUS gaan!
Nooit heb ik gedacht dat ik op mijn rijpere jeugdige leeftijd nog eens zo ijverig zou worden in de tuin. Ik ben eerlijk gezegd altijd een tuinhater geweest. Niet dat ik tuinen als zodanig haatte, ik kon best genieten van mooie tuinen die keurig door anderen waren onderhouden. Maar ik had een druk leven op mijn agrarische bedrijf van vee- en paardenfokken, waar het dus juist in de lente een druktepiek was als ook in de tuin volop werk aan de orde kwam. M.a.w. als de drukte van het bedrijf afnam kwam je in de tuin om in het onkruid.
Met man en macht werd dan het kleine stukje, wat toen tuin heette, bewerkt en uiteindelijk bereikten we dan ook wel het doel wat ons eerst onbereikbaar scheen. Maar daarna begon weer de zomer met zijn drukke hooibouwwerkzaamheden.
Man, om eerlijk te wezen voelde ik me ās avonds wel eens slap als een dweil. Temeer daar het dikwijls zo warm was dat je rood verbrandde omdat je bescherming tegen de zon was vergeten.
Als enige dorstlesser kwam een glas heerlijk koel water in aanmerking daar je snel had bekeken dat alle andere drankjes, m.n. bier, de kans op vergrote dorst enkel stimuleerden.
Nu hebben we wel een tuintje waar we ons meer dan kunnen amuseren. Niet Ɣl te groot, 30 are maar, maar als man en vrouw dapper samenwerkend blijkt een keurig geheel vanaf lente tot herfst beslist niet onbereikbaar en is het geheel zo op het oog best aardig om te zien.
En wat mijn afkeer van tuinieren betreft, die is dan nog wel niet helemaal verdwenen, maar door een positief resultaat krijg ik er toch wel een beetje lol in. Vooral als ik ās avonds op mān heerlijk warm terras zit na te geniet, met een koel glas en dit keer geen water, en ik heb zo al mijn mooie bloemen bekeken, wit, geel, blauw en rood geniet ik volop van het leven.
Dan ben ik nog vergeten mijn vijver te noemen waarin de vele vissen in de lente weer helemaal tot leven gaan komen. Dat is een aparte hobby van mij. Ik kan echt van de goudvissen, goudwindes en kooikarpers genieten die bij warm weer hoog boven water uitspringen om vliegjes en mugjes te verschalken. Of naar boven komen zwemmen in het glas, glazenstolp die ik in het water plaats. Bovendien begint tijdens een warme avond een kikkerkoortje te zingen als nachtegalen.
Als dan ook nog eens, maar dat is later in de tijd, de echte nachtegaal in de hoge eik achterin de tuin begint te fluiten denk ik, āWaar kun je beter wonen dan buiten?ā