Één van de vele illusies


Mocht één van mijn dromen
Slechts eenmaal uitkomen
De wereld zich wenden in fantasie
Vol geluk en vol van vrede
Stralend als een paradijs
Een schepping zo wij ooit kregen

Mocht ooit een wens
Eens waarheid worden
De aarde gevrijwaard van angst en pijn
Nooit meer jaloezie of tweedracht
Maar vol vriendschap en vol steun
En alle verdriet voorgoed verdreven

’t Is een droom, een ideaal,
Die hier op aarde nooit uit zal komen
Maar de hoop moet nooit verloren gaan
Zolang zal de illusie blijven bestaan.

Land van licht, vrede en liefde


Als het licht der dag
Tempert naar duistere nacht
En de tijd lijkt stil te staan
Zoek ik toch het licht
Licht dat ergens nog moet schijnen
Daar waar de horizon gloort

Leid mij door die tijdloze nacht
Over dat duistere pad
Naar die verre horizon
Waar het nieuwe licht weer schijnt
In dat land waar is geen angst of pijn
Alleen vrede en liefde heerst

Dagstemmingen


Al is de morgen nu weer verrezen
En de hemel eentonig kleurloos grauw
Nergens een wolkje in ‘t hemelsblauw
Ach niet elke dag kan stralend wezen

Ook vandaag zal de zon nog wel schijnen
En kleuren het schitterend bladerdak
Met geel en bruin en rood als glanzend lak
In deze maand van druiven en wijnen

Ik zag ook jou vanmorgen weer ontwaken
Nou geen beeld van glanzende zonneschijn
Je was te druk met zo vele zaken

Straks slaat je stemming om als een rookgordijn
Samen maken we de dag dan een feest
Tenminste, dat hoop ik, ook als jij dit leest.

Plek van vrede


Er moet een plek zijn
waar palmen wuiven
boven water helder en rein
en watervallen ruisen.

Een plek van eeuwige rust
ontdaan van angst en nood
waar mensen van liefde bewust
elkaar voorzien van brood.

Wie zou daar niet willen wonen
waar geen kwaad is of gemis
en engelen vertonen
dat dit het werkelijke paradijs is.

Stil dromen

Stil zit ik te dromen
Over tijden van toen
Nooit zullen ze terug komen
Nooit zal ik ze over kunnen doen

Stil zit ik te dromen
Over tijden die nog komen gaan
Zal geluk en vrede daar mee komen
Bouwen we aan vredig bestaan

Stil zit ik te dromen
En bedenk hoe tijden nu zijn
Laat mijn gedachten rustloos stromen
In banen groot of klein

En stil blijf ik steeds dromen
Over tijden vol vrede en geluk
Ook al zal vergane tijd nooit terug komen
Hopelijk wordt de wereld vrij van druk.

Seizoenwisseling


Als ’s avonds zacht
de kleuren vervagen,
steeds vroeger valt de nacht,
aanschouwen wij
donkerder dagen

genietend, dalen der zomerzon,
schoonheid van azuren hemel
het bedauwde net
dat de kruisspin spon
avondrood toont weer z’n weelde.

In nevel hult het afscheid
van zoele zomerdag
weldra meldt zich nieuw jaargetij
en werpt de natuur
zijn ballast af.

Gebed en gedachten op een mooie morgen


Deze mooie dag wil ik beginnen
met dankgebed en uiting van lof
niet enkel met tal van schone zinnen
of door mij slechts te buigen in het stof
maar ook eren in vele dankgezangen
Uw goedheid en grote liefde Heer
waarin wij deze nieuwe dag ontvangen
U in Uw schepping ontmoeten weer.

Leer ons telkens zien die schone zaken
die U voor ons op aard geschapen hebt
dat ze ons hart en ziel mogen raken
dat U in onze vreugd behagen schept
onze dagen zijn zo weinig en gering
U hebt met weldaden ons overladen
zoveel dat wij slechts in verwondering
U dagelijks danken voor Uw grote daden.

De blauwe lucht, de zon, de witte wolken
die zweven als engelen om Uw hoge troon
en vertellen U over de aardse volken
die allen eens zullen buigen voor Uw kroon
en samen daar dan zingen U ter eer
U de schepper van aard en alle dingen
elk in ootmoed buigend voor U neer
met alle hemelwezens die U omringen.

Het herfstwonder


Variaties van de dag
Schilderen zichzelf in kleuren
Luchten dan weer blauw
Dan in vele nuances grijs
In gestapelde luchtkastelen

En in de bomen
Wisselen groen, geel of koortsig rood
Dooraderd met af en toe stralen goud
Als ladders die ten hemel stijgen

Nog doet een zachte lome bries
Het bladgoud van de grond
In kleine spiralen opwaarts waaien
En vlijt het op lommerrijke plek
Tot winterbed voor vele dieren

En vol bewondering
Aanschouw ik de wereld
Steeds van uur tot uur

Wie toch is de kunstenaar
Die deze wonderen schept

Crisisrealiteit


Wij wachtten gelaten met dichte ogen
op toekomst die niet glanst
zonder dat wij actie overwogen
of tegen teleurstelling zijn verschanst.

Wij hopen steeds tegen beter weten
op rozengeur en maneschijn
zijn vanuit het verleden vergeten
dat ook nu de toekomst niet beter zal zijn.

Wij lopen met open ogen
naar een bodemloos ravijn
worden door woorden bedrogen
van hen die geen ware leiders zijn.