Ik heb je gekend
in diepste wezen
binnenste
van schoonste tijd
wat zelfs in je ogen
was te lezen
aan hartstocht gewijd
geen bloem
overtrof je kleuren
geen parel
jouw diepe glans
je beweging
een vlinder
in zonnedans.
Ik heb je gekend
in diepste wezen
binnenste
van schoonste tijd
wat zelfs in je ogen
was te lezen
aan hartstocht gewijd
geen bloem
overtrof je kleuren
geen parel
jouw diepe glans
je beweging
een vlinder
in zonnedans.
Zie straling komen vanuit duister der nacht
nevel drijven op zachte bries
schoonheid en glans schijnen van het water
voel stroming gevuld met geur van kruiden
waar de slanke hinde zich voedt
magie van lichtbundels tussen bomen
onder overdrijvende kastelen aan blauwe lucht
verbonden door bogen van kleuren
na donderend en bliksemend vertoon.
Jou horend door de zachte streling
van het jonge lover
in de langzaam kleurende
kruinen van de reuzen uit het woud
hoor ik de adem
waarmee klarinet wordt gedreven
tot hoogste overgave
van heerlijke toon
of verlokt tot zachte fluit
als van vogelzang
Steeds weer wil ik je zien
als net ontpopte vlinder
kleuren van je vleugels
nog blinkend in de zon
fladderend tussen bloemen
snoepend van honing en dauw.
Rijkdom tussen mijn rozen
parel in mijn tuin
dans je golvende ritme
en als je moe bent
strijk neer op mijn schouder
in kleuren mooier dan een pauw.
Als op een dag de zon niet opkomt
zal ik me overal aan stoten
omdat het dan donker zal zijn.
Als op een dag jij er niet bent
is het triest en koud
dan hoef ik mij niet te stoten
dan voel ik pas echt pijn.
Wie zou vermoeden dat wij dichten voor de lol
En maling hebben aan hen die recenseren
Wat mij betreft, al schelden ze mij uit voor drol
Ze moeten eerst maar zelf eens schrijven leren
Reeds Bredero zei vroeger; het kan verkeren.
Waarom zou hij die slechts woorden kan vinden
Zijn mening mengt met stormen of iele winden
Alleen nut kennen van klanken die niets binden.
Dus zal ik mij door hen niet laten frustreren
Die denken mij met hun zotheid te beleren
Ze maken mij met hun kritieken heus niet dol
Op mijn fantasie kan ik nog heel lang teren
Wie ’t niet wil lezen doet zijn broek maar vol.
Alleen dat resultaat kan mij al amuseren.
“En dichter, met al je mooi verzen,
die je schrijft over goed en kwaad,
moet je toch beter wezen dan een ander,
dan ben je toch uit “het goede zaad!”?
Dat is een vraag die tot je komt,
je geest verwart en somber maakt.
Als men ook nog je fouten opsomt,
wordt je, door eigen verzen geraakt.
Ik ben niet beter dan een ander.
ik voel mijn fouten vaak veel meer.
Juist door de omgang met die ander,
die mij wil sterken in de goede leer.
Ik ben niet beter dan de grootste zondaar,
en ook niet slechter dan een zondagskind.
Ik ben een mens, en niet zomaar,
iemand die zich beter dan een ander vindt.
Maar te dichten is mijn gave.
Het is mijn troost en doet mij goed.
Ook al ben ik niet zo’n brave,
‘t is iets wat mij “van ’t hart af” moet.
Ik vraag de heer dan ook dagelijks,
“Geef mij inzicht, geef mij kracht.
Laat mij door Uw wijsheid waarlijk,
verzen schrijven over Uw grote macht.
Nee Heer, laat mij toch werkelijk inzien,
dat het niet mijn eigen verdienste is,
waarmee ik U in mijn verzen dien,
dat ik niet alleen in eigenroem beslis”.
Als ik zo wat zit
te mijmeren te staren
worden denkrimpels
steeds dieper
niet mijn gedachten
nee die rimpels
mijn denken
gaat tot op
de bodem mee
maar als die bodem
dieper ligt
moet ik ook
steeds dieper
gaan denken
daardoor worden die
rimpels steeds dieper
en krijg ik toch
een ontiegelijke
oude kop!
Van tsjingla, tsjingla boemsasa
in Holland staat een huis
daar vangt de kat een muis
en zit haar dan steeds na
Van tsjingla, tsjingla boemsasa
In Holland staat een huis jaja
daar vind je nu geen muis
het is er echt niet pluis
de hond die jaagt er katten na
In Holland staat een huis jaja
Van tsjingla, tsjingla, hopsasa
in Holland staat dat huis
noch kat, noch hond, noch muis
die lust daar pap noch vla
Van tsjingla, tsjingla, hopsasa
Als uit maan en sterren opgebouwd
in vlammend vurige gestalte
rijzend boven water zee en oceaan
met zinderend verlangen te omarmen
wat eens niets was en ook tot niets zal worden
maar geven nu kracht van licht
tot wanneer je sterren en maan
weer zult ontsteken door weerkaatsing in je gloed.
Denkend aan jou in duistere streken
waar toch jouw gloed in overvloed schijnt
maar kan warmte niet doordringen tot leven
is je vuur verloren tot mijn spijt
daar is geen energie die jij geeft ontvankelijk
maar rest leven in armoe en verdriet
vol ellende ziekte en sterven
misschien, dat ooit de wereld dat ziet.
De wereld is vol ellende
bij elke oplossing die jij aandraagt
komt toch een heel, heel klein stukje uitzicht
op blijdschap, vrede en liefde
Als alles anders is dan wij denken
wordt het dan geen tijd dat wíj ánders worden?
Het is een vreemde
hij brengt ons nood
hij is ontheemde
hij is geen mens,
hij is een pést!
Vervolg en roei hem uit.
Vervolg hem van oost tot west,
behandel hem als een schavuit!
Wij zijn het enig ras der sterken.
Beschaving is er slechts door onze werken.
“Wir sind, Dér Übermensch!”.
Verschoon de aarde van dat soort,
dat vuil, dat schorem,
vernietig hem, die niet tot ons behoort!
Stop hen in gevang en concentratiekamp.
Vergas hen, gebruik hun vel tot lamp.
“Bis weiterem glorie dem Übermensch!”.
Hij is de schuld van onze ellende.
Hij maakt de wereld tot een hel.
Wat goed is regelt “Der Führer”wel.
Miljoenen doden zijn gevallen,
in die zinloze oorlog vol geweld.
Miljoenen zullen nogmaals vallen,
als deze mentaliteit nog steeds telt.
En…., is op ’t eind der derde wereldoorlog,
de wereld reddeloos verwoest
dan rest de overlevende, niet nóg….,
“Wir haben es nicht gewusst!”.
Geplaatst naar aanleiding van actualiteit
Is er een wereld,
een wereld zonder leed ?
Een wereld, waarin niemand,
niemand vergeet ?
Is er een wereld,
waarin pijn niet bestaat ?
Een wereld vol liefde,
zonder haat ?
Is er een wereld,
een wereld, zonder geweld ?
Een wereld, vol mensen,
waarvan iedereen telt ?
Is er een wereld,
een wereld, vol geluk ?
Een wereld, zonder angst,
en psychische druk ?
Is er een wereld,
een wereld, vol rede ?
Een wereld vol schoon,
en hemelse vrede ?
Er komt een wereld,
een wereld, vol liefde!
Een wereld, waarin niemand
zijn naaste eens griefde!
Er komt een wereld,
een wereld, vol vriendschap!
Een wereld, waarin ieder,
mag leven in blijdschap!
Die wereld, die komt!
Hij heeft het Zelf belooft!!
Die wereld, bestaat!
Voor elk, die in Hem gelooft!!
Lasten van zorg en pijn
wil ik dragen, er voor je zijn
je schragen in je verdriet
troosten waar niemand
je ellende ziet.
Zo voelbaar, zo zwaar is je gemis
zo somber nu je dagen
nu een dierbare niet meer is
blijf je eenzaam zitten
met al je vragen.
Alleen een hand kan ik je reiken
en drogen je betraande ogen
of dat voldoende is moet blijken
hopelijk zul je dat waarderen
het is slechts een menselijk pogen.
Geen aardse goederen bezitten
enkel leven van Uw woorden
niet aan eigen rijkdom klitten
dikwijls dat wij daar aan stoorden
’t is zo moeilijk te verstaan
slechts in blind vertrouwen
zonder bezitting door te gaan
wij willen zoveel zelf houden.
Eens zullen wij onszelf verliezen
zelfs ons leven loslaten in Uw hand
help ons niet verkeerd te kiezen
maar ons scharen aan U kant
leer ons toch trouwe Vader
dat er zoveel meer nog is
trek ons met Uw woorden nader
in Uw liefde lijden wij geen gemis.