Ik ben uniek
in veel dingen
kent men mij
zelfs aan
mijn schaduw
maar als men
mijn schaduw
niet meer kent
hoe uniek
zal ik dan
nog wezen?
Ik ben uniek
in veel dingen
kent men mij
zelfs aan
mijn schaduw
maar als men
mijn schaduw
niet meer kent
hoe uniek
zal ik dan
nog wezen?
Wie acht zich beter
in het rijk
waar goden heersen
oppermachtig
boven elke sterveling
zal nooit of te nimmer
buigen voor wie
naast hem ging
schoner dan Apolo
waarbij Adonis
in het niet verzonk
onsterfelijker
dan Achilles leek
wijzer zelfs
dan Athene
verheven boven
Suez
alle Almacht
zelfs tartend?
Ik zal mij
niet meten,
doch hen
verre mijden.
Heb zee van mijn hart
in gedachten gesloten
in woorden van branding
als tijden van eb en vloed
over vlakte de kim begroet
deinend in regelmatig ritme
weer en wind brengen beide
roep naar de toekomst aan
als slanke witte vogels
die zweven over de golven
nader komen om te rusten
daarna ook weer verder gaan.
Luisteren naar rust
in akkoorden van muziek
adem van instrumenten
die ritme brengen
in balans en lijnenspel
vanuit evenwichtig denken
dat noodzaak hierin ligt.
Horen hoe het leven
niet altijd metrum aanneemt
voor evenwicht zo goed
maar in eenzaamheid zoekt
naar kromme noten
die de tonen breken
waar de noodzaak in ligt.
Door venster tekent het licht
een kruis van bintwerk
op overliggende muur
schets door sprankeling
van zonneschijn en warmte
uitgebeeld op koude beton.
Symbool van last en pijn
dragend de verschillen
van leven in ƩƩn ruimte
op ƩƩn en hetzelfde moment
want waar licht niet is
kan schaduw niet zijn.