Tranen sprongen in mijn ogen toen ik dat lied weer hoorde
Dat lied wat ik dikwijls met mijn opa zong
Op zijn schoot, samen gezellig bij de kachel
Het lied wat mij zoveel vertelde over troost en liefde
Over dat wat mijn leven zo bepaalde
Wat ik toen nog niet begrijpen kon of kende
Dat lied ving mijn twijfels op en nam ze mee
’t Ging over de Naam die zo velen nu nog niet kennen
Die Naam, die ruist langs de wolken voor alle volken.