Stil als toen ligt het veld die nacht
Nergens vind men schapen of herder
Geen ster schijnt helder of zacht
Ook langs de oude stal trekt ieder verder.
Vergeten de tijd van engelenzang
Geen ster die ons de weg zal wijzen
Het duister maakt ons angstig, bang
Op Golgotha zien wij drie kruizen rijzen.
Een stem roept ons daarheen te komen
Te zien het kwaad door ons geschied
Het leed waar wij nu aan ontkomen
Door ‘t Kind, gehangen als een bandiet.
Dan schuilt de zon en scheurt het kleed
Werpen wij ons in schuld ter aarde
En rouwen om ons eigen fout en leed
Wat niemand nog op tijd ontwaarde.
En achter Golgotha rees de morgenstond
Een helder licht bescheen de aarde weer
Verdreef het duister van gewijde grond
Glorie straalde van de opgestane Heer.