Kikkerlandweer


Hoeveel diamanten kleuren niet de ochtenddauw
Bij eerste stralen boven rode horizon
Als bij klank van vogelstem de nieuwe dag begon
En langzaam kleurt de hemelkoepel Pruisisch blauw

De aarde ademt nog de nevel van de nacht
En kleurt in ’t vage grijs de verre dennenbomen
Nog onder invloed van de slaap sta ik te dromen
Terwijl ik op een golf van zonnewarmte wacht

Helaas kleurt langzaam de einder donker grauw
Door donkere wolken schieten pijlen licht
Mijn zomerdroom is weg van zon en helder blauw

Verwachting op een lome warme dag ontwricht
Heel snel naad’ren nu bui bliksem en donder
In dit kikkerland is dat helemaal geen wonder.

Vragen om een snoepie


Veel grote dichters zijn veel beter dan ik
Zij schrijven prachtige liederen
Menig leest hen met een zucht en snik
Bij hen vergeleken zit ik te kliederen

Ik schrijf niet zo met zoveel zwier
Ik schrijf wat meer ingetogen
Wat bescheidener op mijn manier
Ik heb geen roem en eer voor ogen.

Ach, ik ben maar een hobbyschrijver
De woorden zuig ik uit mijn duim
Ik ben dan ook vast geen blijver
Maar ontvang toch graag een pluim.